
Het verlangen
Het verlangen
niet om rijker te zijn
groter of sterker
niet om wijzer, liever,
hartendiever te zijn
of meer prinses,
doodgewoon
om mij te zien
in de spiegel
niet meer
dan dat
Dat altijd
Er is stilte nodig
en ook iets dat bruist
De wind mag op de loer liggen
Er kan iets moois ontwaken
iets nieuws geboren worden
in jouw ogen.
Het kan één ster zijn
in een verder donkere nacht
Het kan een glimlach zijn
van jou of het gevoel niet alleen te zijn
of gewoon een goed idee.
Je kan het opnemen
ermee van door gaan
of juist blijven wachten
tot er nog iets komt
of tot er iets verdwijnt
Je kan zoveel
aan jou de keuze


Gewaagd
Kom, er zijn nog dromen over
laat ons samen gaan leven in één droom
Wie welke rol zal spelen
heeft geen belang
Jij mag de man zijn, ik de vrouw
of jij de moeder en ik het kind
Jij mag de leraar of misschien ik
ik kan diegene zijn die jou behoedt
voor dwaze streken
of diegene die jou meezeult
van valkuil naar zwart gat
Jij kan mij beschermen
of ik jou, of net niet,
jij noemt het maar
Kom, laten we gewaagd zijn
aan elkaar
Ooit
En dan zal er stilte zijn
ver beneden alles wat beweegt
hoog boven alles wat weet
Er zal stilte van de hoogste toppen stromen
traag, maar kordaat, naar het diepste dal
Er zal stilte in het leven wonen
van het kleinste tot het grootste wezen
Alles stroomt ooit samen tot één
Eén stilte, één wereld, één leven
En alles is genezen
In stilte is er geen pijn
Zo
zal het dan zijn


Rivier zijn
Rivier zijn
Niet tegen de stroom ingaan
Niet met de stroom mee drijven
Alleen rivier
zelf
Zijn
Kom
Kom,
we gaan de wereld veroveren
met milde melodieën en dromerige klanken
met zachte trom rom om m
We tekenen regenbogen
betoveren kinderogen
met pretlichtjes
en sterren, als tekenen aan de wand
van een haalbare verte
een groenere overkant
Kom,
we kijken niet achterom
en gaan door tot we tegen muren lopen
gebouwd met woorden
en droge spot
we klimmen erover
veroveren het verlaten land
waar dromen hun thuishaven vonden
en de wereld dezelfde is gebleven
met als enige verschil …
Kom,
we merken het op


De twijfel
Als je mij iets geven wil
Geef me dan het voordeel
Van de twijfel
Noch jij, noch ik, weten
Waarom, hoelang, wanneer, naar waar,
Met wie
Verwacht van mij geen oordeel,
Geen mening, geen besluit
Ik verwacht ook niets van jou
Geen voor wat hoort wat
Geen ruil
Maar als je mij toch iets wil geven
Voor ik mijn weg verder zet
Geef me dan het voordeel
Van de twijfel
Tot nader order zijn
Bestemmingen onbekend.
Liefde is
Ze stelt geen vragen,
zoekt geen antwoorden,
danst niet op smalle koorden
over de ja’s en nee’s van het leven.
Liefde is.
Ze twijfelt niet,
droomt niet, verlangt niet,
niets van dit alles,
of juist alles ervan,
hoe dan ook:
Ze Is.
Liefde heeft geen verleden,
geen toekomst, geen vandaag,
en geen morgen,
of misschien toch,
een overmorgen beter,
mooier, warmer,
maar vandaag of later,
gisteren of nooit,
het deert haar niet:
Liefde is.
Niet nu,
niet ooit,
niet nooit,
niet altijd,
buiten de tijd
is ze.
(Kijk maar)
(Zie haar)
(Zoals ze jou ziet)
